Homepagina > Het Spoor > Geschiedenis > 150 jaar spoorwegen > Victor Hugo neemt de trein

Victor Hugo neemt de trein

A.T.

maandag 9 april 2012, door rixke

Alle versies van dit artikel: [français] [Nederlands]

We zien geen uitkomst meer: mei, de schitterendste maand van het jaar, overstelpt ons met herdenkingen die elkaar overlappen en met elkaar wedijveren.

Misschien heb je al horen praten over een honderdvijftigjarig bestaan...

Dat is echter niet alles!

Op 22 mei 1985 is het een eeuw geleden dat Victor Hugo gestorven is! Een eeuw, dat is niet niks. Maar Victor Hugo is ook niet niks, wat bewezen wordt door het feit dat er nog steeds over hem gesproken wordt, en wel op zeer ernstige toon. Nemen we bijvoorbeeld - op goed geluk - Marva of Raymond van het Groenewoud: voor hen bestaat er niet de minste zekerheid dat ze over honderd jaar niet vergeten zullen zijn. Misschien wordt er zelfs met geen woord meer over hen gerept. Ach! Het nageslacht kan toch zo monsterlijk ondankbaar zijn! Maar Victor Hugo, die reeds een eeuw achter de rug heeft, mag gerust zijn: hij is goed voor de eeuwigheid!

Om kort te gaan, we kunnen de dag waarop hij honderd jaar geleden gestorven is, toch niet laten voorbijgaan onder het voorwendsel dat we onder ons al de honderd vijftigste verjaardag van een geboorte vieren...

Toch gebeurt het wel eens dat het lot de zaken goed regelt. Zoals in dit geval.

Volgens de laatste berichten was Victor Hugo de eerste schrijver met wereldfaam die op de lijn Antwerpen - Brussel de trein nam. Dat gebeurde in 1837.

Niet alleen nam hij de trein, maar beter nog, hij vertrouwde zijn indrukken toe aan het papier: alsof hij vermoedde dat we die ooit nog eens nodig zouden hebben voor latere herdenkingen.

Dat was niet slecht bekeken.

Wat kunnen we dus ter ere van deze reus der letteren - die deel uitmaakt van het patrimonium van de gehele mensheid - beter doen dan de tekst die op zijn treinreis in 1837 ontstond, hier af te drukken?

Door zijn herinnering te vieren doen we elkaar eveneens een groot genoegen.

Daar gaat ie!

Evenals een groot aantal van zijn paladijnen nam Victor Hugo ten opzichte van de spoorwegen een erg sceptische houding aan, toen het idee vaste vorm begon aan te nemen en de zaak in de kamers besproken werd.

In het begin van zijn brief geeft hij dit trouwens zonder blikken of blozen toe: “Ik heb me met de spoorweg verzoend”.

Hier spreekt geen onbezonnene die plots van mening verandert of iemand die met alle winden meewaait of een opportunist die zijn eigenbelang zoekt. Dat zul je dadelijk merken.

Een enkele reis was voor onze man voldoende om het volledige belang van de gebeurtenis te begrijpen, om te zien wat voor een vernieuwing in het register van de gewaarwordingen en wat voor een verrijking van de lyriek de trein veroorzaakte. De snelheid van de verplaatsing veranderde op grondige wijze de gewone manier van kijken en de wijze waarop we de landschappen en de erin bewegende wezens, alsook de verhoudingen tussen kijkers en het bekekene begrijpen.

Met zijn arendsblik heeft Victor Hugo deze transformatie waargenomen.

Dit alles lijkt ons nu, in het tijdperk van de TGV, erg evident, maar was niet noodzakelijk vanzelfsprekend voor hen die tijdens hun omzwervingen gewiegd, zeg maar dooreengeschud, werden op het ritme van bolderwagens, vrachtkarren en postkoetsen. Onze goede vriend Hugo stelde zich niet tevreden met het vaststellen van dit verschil. Nee, hij wilde ons zijn emoties meedelen door zijn gewaarwordingen met zorg te formuleren en bovendien op zo’n manier dat het oog van de toeschouwer door de pen van de dichter geleid wordt. We hebben hier niet te maken met een gewoon artikel van een journalist, maar met het verslag van een lyrisch schrijver die het avontuur herschept om de betovering ervan niet verloren te laten gaan.

Voor hem komt het visuele altijd op de eerste plaats: de klokketorens dansen dwaze sarabandes in de verte, de spookverschijningen bevinden zich in de coulissen, klaar om op te duiken.

de Groendreef in 1845

Bij Hugo krijgt de trein een ziel, wordt een personage, een dier, een mythologisch monster. Het scheelde niet veel of hij had de trein tot de held van een van zijn romans gemaakt (maar nee, dat heeft hij toch aan Zola overgelaten!). Er is echter één kleine moelijkheid: als voorwerp stelt de trein deze romanticus van het zuiverste water teleur. Erg indrukwekkend hoor, de reis, het schouwspel en de geluider maar het tuig zelf heeft geen pit, geen poëzie. En dus gaat Victor Hugo de locomotief op zijn manier transformeren door de machine een allure en gedaante te geven die met haar eigen apocalyps overeenstemmen. Honderd jaar vooraf bedenkt hij al een soort Disneyland. “Een draak die vuur spuwt”; een imponerende verschijning in het landschap, ook al is de vorm niet erg geschikt voor het doorklieven van de lucht! En kijk, dat is Victor Hugo ten voeten uit. Altijd bereid om wat hem wordt voorgeschoteld te verteren, zodat hij het op zijn eigen typerende manier kan weergeven. Je kunt het hem onmogelijk kwalijk nemen.

Eerder verdient hij onze gelukwensen. Lees de regels die volgen: wat een prachtige reclame voor het huis!

“Gegroet, mijn beste Hugo, met je nimbus der eeuwigheid. De spoorwegen en de spoormannen staan bij je in het krijt!”


Bron: Het Spoor, mei 1985