Homepagina > Het Spoor > Geschiedenis > 150 jaar spoorwegen > De uitbouw van het belgisch spoorwegnet na 1835

De uitbouw van het belgisch spoorwegnet na 1835

K. Destoop.

maandag 16 april 2012, door rixke

Alle versies van dit artikel: [français] [Nederlands]

 De groepering van de netten

De spoorlijnen van de verschillende maatschappijen hadden zich op eigen initiatief, nogal ongeordend uitgebreid.

Daardoor ontstond er een kluwen van spoorwegnetten die niet op elkaar waren ingesteld, wat dan weer tot verkeersomleidingen leidde. Een rationalisatie drong zich op: bepaalde maatschappijen stonden hun concessie af in ruil voor een vaste rente of een bepaald percentage van de brutowinst. Dit was onder meer het geval met de maatschappij van Namen - Luik en Charleroi - Erquelinnes, die in 1854 hun exploitatie overlieten aan de Franse maatschappij “Nord Français” waardoor de “Nord Belge” ontstond. Andere maatschappijen gingen gemeenschappelijk hun lijnen uitbaten. Zo ontstond in 1864 de “Grand Central Belge”, door samensmelting van de spoorwegen Antwerpen - Rotterdam, Oost-België en Tussen Samber en Maas.

De Grand Central Beige exploiteerde in België alleen al 511 kilometer spoor, met als hoofdkenmerk, een lijn van noord naar zuid, die een internationale verbinding vormde tussen de Nederlandse spoorwegen, de havens van Rotterdam en Antwerpen en de spoorwegen van de Est français.


Bron: Het Spoor, mei 1985

Portfolio