Homepagina > Het Spoor > Geschiedenis > Vergeelde bladzijden > Honderd jaar geleden

Honderd jaar geleden

zaterdag 28 april 2018, door rixke

De jeugd wil de wereld hervormen; zij heeft gelijk. Onlangs deed „LA TRIBUNE DE GENEVE” in dit opzicht nochtans opmerken dat „niets ergerlijker is dan jongelui die de wereld willen hervormen alsof zij de eersten waren om zich daarover te bekommeren. In werkelijkheid heeft elke generatie gepoogd de wereld te hervormen, en aan de som van die pogingen hebben de Westeuropeanen en de Noordamerikanen een fatsoenlijke levens-standaard te danken.”

„Van de beloften die de toekomst inzake ontwikkeling en cultuur inhoudt, voegt de krant er verder nog aan toe, kunnen wij ons het best een idee vormen als wij even overzien welke materiële vooruitgang er in een eeuw tijds volbracht werd. Kentekenend hiervoor is het hiernaast afgedrukte, in 1873 van kracht geworden reglement van een Britse onderneming, waarin al de arbeidsvoorschriften samengevat waren die de desbetreffende onderneming tussen 1863 en 1872 had ingevoerd. In de tijd toen dat reglement aan de ingang van de kantoren in Engeland werd uitgehangen, gold het als edelmoediger dan al de voorgaande reglementen die het verving.”

Onnodig wellicht eraan te herinneren dat Engeland in die tijd pronkte met een puritanisme dat de hedendaagse gelovigen doet lachen?

Ter attentie van de personeelsleden

  1. De vreze des Heren, zindelijkheid en nauwgezetheid zijn vereist om orde in het bedrijf te doen heersen.
  2. De personeelsleden behoeven nog slechts tussen 6 en 18 uur aanwezig te zijn, met uitzondering van de zondag, die aan de eredienst gewijd is. Iedere morgen wordt in het hoofdbureau gebeden.
  3. Iedereen is ertoe gehouden overuren te maken als het werk dit vereist.
  4. De oudste bediende is verantwoordelijk voor de zindelijkheid van de kantoren. Al de jonge bedienden en stagiairs moeten zich 40 minuten vóór het gebed bij hem aanmelden en moeten na kantoortijd tot zijn beschikking blijven.
  5. Eenvoudige kleding wordt aan bevolen. De personeelsleden mogen geen helle kleuren noch extravagante kousen dragen. Laarzen en mantels worden in de kantoren niet geduld vermits een kachel tot welzijn van het personeel geplaatst werd. Bij strenge koude worden sjaals en hoeden uitzonderingshalve geduld. Ieder personeelslid moet bovendien gedurende de wintermaanden 4 pond kolen per dag meebrengen.
  6. Het is verboden onder het werk te spreken. Iedere bediende die sigaren rookt, alcohol in welke vorm ook drinkt, biljartclubs bezoekt of politieke vergaderingen bijwoont geeft ertoe aanleiding dat zijn eer, zijn verantwoordelijkheidsbesef, zijn rechtschapenheid en zijn eerlijkheid in twijfel getrokken worden.
  7. Er mag tussen 11,30 en 12 uur gegeten worden, zonder het werk daarbij echter te onderbreken.
  8. Klanten, chefs en leden van de persafdeling moeten met eerbied en inschikkelijkheid behandeld worden.
  9. Elk personeelslid dient ervoor te zorgen dat hij in goede gezondheid blijft. Bij ziekte wordt geen loon doorbetaald. Er wordt daarom iedere werknemer ten zeerste aangeraden een flink bedrag opzij te leggen ten einde in zulk een gebeurlijkheid te voorzien, als mede voor zijn oude dag, zodat hij bij ongeschiktheid of vermindering van arbeidsvermogen de overheid niet tot last komt.
  10. Tot besluit dient de edelmoedigheid van deze nieuwe voorzieningen onderstreept te worden. Van de bedienden worden dan ook in evenredigheid opgevoerde arbeidsprestaties verwacht.

Bron: Het Spoor, mei 1970