Homepagina > Het Spoor > Wist U dat ? > Azië: Een Transaziatische spoorweg

Azië: Een Transaziatische spoorweg

zaterdag 9 juni 2018, door rixke

Het door de Economische Commissie van de Verenigde Naties goedgekeurde plan heeft betrekking op een vijftiental landen waarvan er slechts twee - Afghanistan en Laos - geen spoorwegen hebben. Voor de andere zou het meestal een kwestie zijn van aanpassing en aanvulling van de bestaande netten, aangezien er slechts 1 600 km nieuwe sporen aangelegd zouden moeten worden, d.i. ongeveer 11 % van het totale traject dat ongeveer vijftienduizend kilometer lang is.

Deze Transaziatische lijn zou vertrekken op de oostelijke oever van de Bosphorus te Haidarpasa. Via het Van-meer zou ze verbonden worden met het Iraanse net en zou ze, via Teheran, lopen tot Zahidan, een stad gelegen op het oostelijke uiteinde van Iran, op enkele kilometers van de grenzen van Afghanistan en van West-Pakistan. Dit eerste baanvak (4 550 km) zou over zijn hele lengte de spoorbreedte van 1,435 m hebben.

Daarna zou de Transaziatische spoorweg breder worden. Inderdaad, Zahidan is het eindpunt van het Westpakistaanse net dat een spoorbreedte heeft van 1,676 m. Van uit Quetta zou men, met een vertakking naar het noorden, Kandahar in Afghanistan kunnen bereiken. Deze lijn is verbonden met de grote verkeersader van Karachi naar Lahore en Rawalpindi. De lijnen van Kasjmir en India zijn een voortzetting van die van het Pakistaanse net; via Delhi en Calcutta loopt het brede spoor door Oost-Pakistan en het eindigt aan de oevers van de Ganges te Goalundo. Dit tweede baanvak in ongeveer 5 200 km lang.

De uitvoering, binnen afzienbare tijd, van het derde baanvak is minder waarschijnlijk. Het heeft een spoorbreedte van een meter, is 5 000 km lang, en loopt door Oost-Pakistan, Birma, Thailand, Maleisië. Er dienen twee grote baanvakken te worden aangelegd: de verbinding tussen Dohazari (Oost-Pakistan) en Prome, alsmede de verbinding tussen Thaton (Birma) en Phitsanulok (Thailand).

Verder is Bangkok reeds verbonden met de hoofdstad van Cambodja, Phnom-Penh, en zou een verlenging tot Saigon gemakkelijk uitvoerbaar zijn, net als een verlenging van het Thaïlandse net tot Vientiane in Laos.

Vanzelfsprekend is dat nog geen zekerheid, want de op te lossen politieke problemen zullen waarschijnlijk zwaarder doorwegen dan die van de financiering.


Bron: Het Spoor, juli 1970