Homepagina > Het Spoor > Infrastructuur > Namen - Dinant, de elektrificatie nadert haar voltooiing

Namen - Dinant, de elektrificatie nadert haar voltooiing

Louis Gillieaux, Hervé Dhaussy, Georges Dupont, Pol Neruez.

maandag 14 maart 2011, door rixke

Vanaf eind mei 1990 zullen er voor het eerst elektrische reizigerstreinen rijden tussen Namen en Dinant. De elektrificatiewerken bevinden zich immers in de eindfase. Op 28 mei 1989 werden de elektrische installaties tussen Namen en Jambes-Nord echter al onder spanning gebracht, waardoor het mogelijk werd enkele elektrische treinen in te leggen tussen Jambes en Brussel en omgekeerd.

 Lijn 154

Lijn 154 werd op 5 februari 1862 in dienst genomen door de Compagnie du Nord Belge. Deze exploiteerde reeds de lijn Namen - Luik en besloot haar net uit te breiden in de richting van Frankrijk, via Dinant en Givet. De lijn werd door deze Compagnie [1] beheerd tot 10 mei 1940, daarna door de NMBS. De huidige sectie Namen - Dinant is 28 km lang en gaat even buiten Namen voor het eerst over de Maas. De lijn volgt dan de rechteroever tot voorbij het station Yvoir. Ze kruist opnieuw de Maas via de brug van Houx en loopt op de linkeroever verder tot Dinant. Hierdoor heeft de lijn een vrij bochtig tracé.

Daar de vallei op sommige plaatsen diep ingesneden is, dienden twee tunnels te worden gegraven, een van 356 meter in Lustin en een van 81 meter in Godinne. Tussen Namen en Dinant liggen vier haltes: Jambes-Nord, Lustin, Godinne en Yvoir. Die stations worden om het uur bediend door de IC “H”. Bovendien rijdt er ’s morgens een P-trein naar Namen en ’s avonds een in de andere richting, tot Bertrix.

Daarnaast verwerkt de lijn een aanzienlijke goederenstroom in transitverkeer.

 De elektrificatie

Tot de elektrificatie van het baanvak Namen - Dinant werd besloten in een plan van 1981 om 400 km spoorlijn te elektrificeren. De werken namen een aanvang in 1984.

Tweemaal diende men het tijdschema aan te passen, eerst vanwege een spreiding van de investeringskredieten, verder omdat bepaalde werken erg moeilijk bleken, zoals aan de tunnel van Lustin.

 Nieuwe en aangepaste infrastructuur

Een nieuw reizigerstation te Jambes-Nord

Samen met de elektrificatie- en moderniseringswerken werd te Jambes-Nord een nieuw reizigersstation gebouwd. Naast de voorzieningen voor het onthaal van de reizigers - lokettenruimte, inlichtingendienst en wachtzaal - komt in het gebouw ook een nieuwe seinpost van het alrelaistype. Die post zal worden uitgerust in 1990. Hij vervangt de oude die vlak bij de overweg ligt en zal geschikt zijn voor afstandsbediening vanuit Dinant.

Tunnel van Lustin: aanpassing aan elektrisch gabariet; verlaging van de bedding in opeenvolgende fasen.

De reizigers krijgen een verzorgd onthaal dank zij duidelijke en nauwkeurige informatie. Eenvormige pictogrammen en een kleurencode maken hen wegwijs in het station. De wachtzaal is ruim, goed verlicht en voorzien van individuele zitplaatsen. Er is ten slotte kosteloos parkeergelegenheid voor 72 auto’s. Voor het reizigersverkeer werd het gebouw op 28 mei laatstleden in dienst genomen.

De “Pont du Duc” in Dave

Om de bovenleiding te kunnen aanbrengen, diende de wegbrug “pont du Duc” in Dave te worden herbouwd. Bij die gelegenheid werden het kunstwerk en een deel van de toegangswegen verbreed, zodat de naburige overweg nr. 103 kon worden afgeschaft. De nieuwe brug werd op 21 december 1987 in gebruik genomen en tegelijkertijd ging overweg 103 dicht.

De landhoofden en de vleugelmuren van de brug werden bekleed met zandsteenblokken.

De tunnels van Lustin en Godinne

Een van de grootste moeilijkheden bestond erin voor deze twee tunnels uit 1861 een elektrificatieprofiel tot stand te brengen. De tunnel van Lustin onderging een verjongingskuur om hem geschikt te maken voor elektrische tractie. Volgende werken werden uitgevoerd:

  • opvangen van afstromend water;
  • waterdicht maken van het gewelf;
  • verlagen en ontwateren van de spoorbedding;
  • aanbrengen van een bescherming tegen vallende rotsblokken bij de tunnelingang, kant Dinant. Hiertoe ontwierp het studiebureau voor kunstwerken van de NMBS een bouwwerk dat afgedekt werd met arduin en zo geheel past bij de omgeving.
Onderstation Yvoir.

In de rotsen van Frênes, waar de tunnel van Lustin doorheen loopt, bevindt zich ook de “Résurgence Lucienne”, een belangrijke grot die erg in trek is bij speleologen. Om aan de Belgische speleologie niet een van haar zeldzame interessante grotten te ontnemen, heeft de NMBS onderhandeld met de commissie “Bescherming van Karstgebieden en Toegang tot Grotten” van de Belgische Vereniging voor Speleologie. Men kon het eens worden om een noodingang te bewaren, voor het geval dat er zich een ongeval in de grot zou voordoen. Een plaatselijke vereniging voor speleologie heeft ondertussen een toegang tot de grot ontdekt buiten de tunnel.

Seinhuis te Dinant.

07/89


[1Vandaar de naam “Jambes-Nord”, hoewel het station in werkelijkheid in het zuidoosten gelegen is. In Jambes zelf bevindt zich trouwens ook nog een stopplaats Jambes-Etat, op de lijn Namen - Luxemburg. De benaming “Etat” verwijst naar de periode waarin de Staat het basisnet exploiteerde, vóór de oprichting van de NMBS.