Homepagina > Het Spoor > Maatschappij > „N.M.B.S.-COLLI” bestaat twee jaar
„N.M.B.S.-COLLI” bestaat twee jaar
maandag 26 augustus 2024, door
Alle versies van dit artikel: [français] [Nederlands]
In ons nummer 125 van januari 1967 hebben wij u de oprichting meegedeeld van N.M.B.S.-Colli, een nieuwe dienst die voortaan belast zou kunnen worden met de leiding van het stukgoederenvervoer, en zulks dank zij een hergroepering, tot een enkel beheersorgaan, van de bureaus van de verschillende directies die reeds met die taak belast waren.

Daar N.M.M.S.-Colli in juni 1968 verjaarde, hebben wij gemeend er goed te doen bij zijn leiders de hh. Walewijns en Lokker, eens even naar die tweejarige spruit te informeren en onze lezers in te lichten over de resultaten van een proefneming die enig is in Europa.
V.: Zoudt u, met enkele cijfers, de belangrijkheid van N.M.B.S.-Colli kunnen schetsen, want telkens als er over „stukgoed” gesproken wordt, hebben nog heel wat mensen de indruk dat het hier om een ondergeschikte activiteit gaat?
A.: Het is inderdaad juist dat de woorden die voor het beschrijven van onze activiteit gebruikt worden, ons maar matig aanstaan. Wij hadden liever de term „bestelgoederen” gehoord, maar wij zouden ongelijk hebben met complexen rond te lopen.
De omzet sedert 1966 overschrijdt 1,3 miljard fr. en wij hopen, tegen 1969, het cijfer van 1,4 miljard fr. te bereiken. In de totale ontvangst „goederen”, bedraagt ons aandeel thans 20,4 %.
Het zuiver commercieel vervoer, d.w.z. met uitsluiting van het vervoer van poststukken en „dienstzendingen”, vertegenwoordigt per jaar 17,5 miljoen zendingen en 555 duizend ton.

Voor dit vervoer gebruiken onze wegcentra 800 à 900 voertuigen, waarvan er ± 400 eigendom zijn van de N.M.B.S. Ongeveer 1.000 wagens zorgen ’s nachts voor de dagelijkse verbinding tussen de wegcentra. Ten slotte, en dat is van essentieel belang, zijn er 1.500 beambten en werklieden, die met onovertroffen vakbekwaamheid hun hele activiteit aan de uitvoering van dat vervoer wijden.
V.: Mag men besluiten dat er sedert de oprichting van N.M.B.S.-Colli tastbare resultaten geboekt werden?
A.: Wij hebben ongetwijfeld resultaten geboekt en zelfs goede resultaten, ofschoon het moeilijk is om ze in franken en centiemen om te zetten en, bovendien, te zeggen hoe de toestand er zou uit gezien hebben indien N.M.B.S.-Colli niet bestaan had.
Bij de aanvang beschikten wij over een zeer goede uitrusting. Zij die sedert 1950 het vervoer geconcentreerd hebben in een rationele organisatie van een veertigtal wegcentra, hebben een kwaliteitsuitrusting tot stand gebracht die de meeste Europese netten nog niet kennen. Op dat gebied dienden wij dus niets nieuws in te voeren, maar gewoon verder te gaan op de weg die onze voorgangers ingeslagen waren.
Het aantal wegcentra werd voorlopig tot 30 verminderd en zal er uiteindelijk nog 27 bedragen; hierbij wordt alles in het werk gesteld om het personeel zo weinig mogelijk onaangenaamheden te berokkenen.
Wij hebben eveneens de rationalisatie van „de vrachtwagendiensten” voortgezet, o.m. door de wijze van bezoldiging van de particuliere vrachtrijders grondig te wijzigen. Wij leggen een klein park aan van groot-volume-opleggers om tot ren economische bediening van de belangrijke klanten te komen. Ook aan de verbinding tussen de wegcentra werd speciale aandacht besteed.
In een belangrijk opzicht, en zulks geldt nog steeds het domein van de exploitatie, hebben wij evenwel bijzonder veel bijval gekend: met vertrouwen hebben wij gerekend op de waarde en de beroepseigenschappen van de spoormannen en wij hebben er goed aan gedaan, want het personeel heeft opnieuw vertrouwen. We weten dat we op zijn bekwaamheid en op zijn toewijding mogen rekenen.
Met de dubbele troef van een degelijke uitrusting, gebruikt door een degelijk personeel, konden wij bijgevolg nieuwigheden invoeren op het gebied van de commerciële politiek.
De basis-vrachtberekening werd volledig omgewerkt ten einde ze voor de klanten aantrekkelijk te maken, zonder daarom het niveau van de gemiddelde vervoerprijs te verlagen. Vervolgens hebben wij afgezien van de speciale tarieven om particuliere contracten, aangepast aan het geval van elke belangrijke klant, te bestuderen.
Met de medewerking van de handelsagentschappen en de baancentra werd er een intensief marktonderzoek gedaan. Zo konden wij vroegere klanten terugwinnen en er nieuwe verwerven. N.M.B.S.-Colli heeft tot nog toe meer dan 1.200 particuliere contracten afgesloten. De sfeer met de klanten boezemt vertrouwen in en de betrekkingen werden meer en meer persoonlijk. Wij willen in geen geval bij de klant de indruk verwekken dat hij te doen heeft met ambtenaren van een administratie, maar wel met vertegenwoordigers van de meest dynamische en compleetste bestelgoedonderneming van het land.
V.: U schijnt wel op de goede weg te zijn, maar waarom werd er dan op het gebied van de resultaten geen duidelijker succes geboekt?
A.: Het is juist dat wij, van 1966 tot 1967, slechts de cijfers van onze ontvangsten en van ons vervoer hebben kunnen handhaven. Maar dat alleen reeds is een succes wanneer men let op de toestand van de conjunctuur, vooral dan in de economische sectoren (textiel, elektrische, huishoudapparaten, enz.) die de grondslag van het bestelgoederenvervoer uitmaken.

Onze concurrenten hebben een zeer ernstige achteruitgang geboekt die, volgens het geval, 10 tot 30 % bedraagt. Dank zij de aanwinst van nieuwe klanten, hebben wij onze positie gehandhaafd; dat is heus niet slecht. Indien de economische bedrijvigheid enigszins verbetert, zijn wij ervan overtuigd dat de volgehouden inspanningen, zowel op het gebied van de prospectie als op dat van de verbetering van de kwaliteit van de dienst, duidelijk uit de cijfers zullen blijken.
V.: In wat u daar net gezegd hebt, word ik vooral getroffen door het begrip „kwaliteit van de dienst”. Kan de dienst N.M.B.S.-Colli nog verbeterd worden?
A: Dat is zelfs onontbeerlijk. Tot hiertoe diende de strijd grotendeels op de prijzen te worden gericht... en wij hebben ons nooit geleend tot dumpingprijzen en tot een ruïnerende wedloop. Velen hebben thans begrepen dat abnormaal lage prijzen en een slechte dienst op de duur leiden tot een breuk tussen klant en vervoerder. In de toekomst zal de strijd hoofdzakelijk op de kwaliteit van de dienst geconcentreerd worden. Wij mogen niet op onze lauweren gaan rusten. De dienst kan nog verbeterd worden en... dat zal hij beslist.
In die gedachtengang zullen wij binnenkort gebruik maken van de nieuwe en talrijke mogelijkheden die de directie van Financiën ons biedt door eerstdaags de ordinator van Brussel Thurn en Taxis door een krachtigere en modernere installatie te vervangen.
Wij hebben nog vele plannen ter verbetering van dat wat reeds bestaat en ter uitbreiding van de gamma van onze mogelijkheden. Het zou evenwel voorbarig zijn thans reeds onze kaarten op tafel te gooien.
V.: Uw optimisme en uw enthousiasme zijn aanstekelijk. Wat is uw geheim?
A.: Jong blijven, vertrouwen hebben in al onze medewerkers en... houden van ons beroep.
Bron: Het Spoor, augustus 1968