Homepagina > Het Spoor > Infrastructuur > De elektrificatie van de lijn 37 Luik-Hergenrath

De elektrificatie van de lijn 37 Luik-Hergenrath

A. Descouvemont.

woensdag 18 mei 2011, door rixke

Alle versies van dit artikel: [français] [Nederlands]

Op 18 mei zal de officiële ingebruikneming van de elektrische tractie tussen Luik en Aken een punt zetten achter de werken die sedert meer dan vijf jaar op deze zeer oude lijn werden uitgevoerd.

Het was inderdaad in 1843 dat de aanleg voltooid werd van de spoorbaan die Luik, door het dal van de Vesder, met de “Pruisische grens” zou verbinden. Die lijn was dus de eerste welke in België zou worden aangelegd op de rechteroever van de Maas en tevens de eerste die een heuvelachtig landschap zou doortrekken. Ze volgt het dal van de Vesder over een afstand van 34 km, “wipt” van de ene oever naar de andere, overschrijdt 18 maal de rivier en baant zich, met behulp van twintig tunnels, een weg door de scherpe rotspunten.

De constructie van de kokerbrug van Luik-Guillemins, een belangrijk kunstwerk, waarvoor de helft der sporen buiten dienst diende gesteld te worden. De reisweg Brussel-Keulen zal voortaan via die koker lopen, buiten het wisselstratencomplex dat steeds onderhevig is aan snelheidsbeperkingen.

In een artikel verschenen in Het Spoor van augustus 1965, werd omstandig beschreven hoe de talloze problemen werden opgelost die, wegens de aanpassing van die tunnels aan het elektrische vrije ruimteprofiel, noodzakelijk waren.

 Een volledige hervorming van de lijn.

Het ligt voor de hand dat de stationsinstallaties die meer dan honderd jaar oud zijn, niet meer beantwoorden aan de eisen van het hedendaags verkeer. Er werd dan ook beslist ze, ter gelegenheid van de elektrificatie, grondig aan de nieuwe toestanden aan te passen. Vermeldenswaardig zijn de hierna volgende realisaties:

  • Luik-Guillemins. Knooppunt van verschillende nationale en internationale lijnen en van een belangrijk voorstadsverkeer. Het station werd derwijze hervormd dat die verschillende verkeersstromen thans zoveel mogelijk gescheiden zijn. Daarom werd een zeer belangrijk kunstwerk gebouwd nl. een kokerbrug van gewapend beton. Die brug loopt schuin onder het wisselstratencomplex dat gelegen is tussen de perrons en de Maas, en stelt meteen een einde aan alle snijdingen van de rijweg Brussel-Keulen met de andere verkeersstromen [1];
  • Angleur. Het inrichten van opstelsporen en wisselverbindingen, die het nu mogelijk maken op verkeerd spoor te rijden, alsmede het verlangen om het snelle reizigersverkeer te scheiden van het trage goederenverkeer (voor het merendeel komende van of gaande naar het belangrijke trieercentrum Kinkempois), hebben een volledige omwerking van de installaties ten gevolge gehad: verplaatsen der perrons, bouwen van een perrontunnel en van een nieuw stationsgebouw;
  • Verviers. In deze agglomeratie, welke door drie stations wordt bediend, Verviers-Centraal en Verviers-Oost op de lijn 37, en het goederenstation Verviers-West gelegen op een aanvoerlijn, werden de spoorweginstallaties geconcentreerd en gerationaliseerd;
  • Herbesthal - Welkenraedt. Te Herbesthal liggen de sporen in een zeer sterke bocht, wat de aanpassing van de bestaande installaties erg bemoeilijkte; men gaf er dan ook de voorkeur aan het station volledig te vereenvoudigen en, niet ver vandaar, aan de oude halte van Welkenraedt, een nieuw station op te trekken, voorzien van lange perrons, een perrontunnel en een stationsgebouw. Er zal, bovendien, eerlang nog een autobusstation gebouwd worden alsmede een brug die de afschaffing van de overweg mogelijk maakt.

 Bruggen, perrontunnels, gebouwen...

Talrijke andere werken, die wij hier dooreen opsommen, waren eveneens noodzakelijk:

  • 2 tractie-onderstations voor de voeding van de bovenleidingen te Kinkempois en te Welkenraedt;
  • een schakelstation te Pepinster;
  • een perrontunnel te Verviers-Oost;
  • afbraak, heropbouw of aanpassing van bruggen te Angleur, Chaudfontaine, Verviers-Oost alsmede vier andere kunstwerken tussen Herbesthal en de grens;
  • verplaatsingen van sporen, die vaak omvangrijk waren, om de snelheid van de lijn op te voeren.
De nieuwe “poort” van Luik-Guillemins aan het uiteinde van de kokerbrug, kant Herbesthal.

 Een versneld verkeer.

De lijn, waarop vroeger 90 km/h gereden werd, zal vanaf 18 mei met een snelheid van 120 km/h bereden worden, met enkele zones van 100 km/h en een enkele vertraging (over 360 m te Dolhain-Gileppe) van 70 km/h.

Tussen Luik en Verviers zullen de rijtijden worden ingekort met vijf minuten voor de halfdoorgaande treinen en met twaalf minuten voor de stoptreinen.

Op internationaal gebied zullen de op de lijn 37 aan gebrachte veranderingen, samen met de prestaties van de nieuwe locomotieven voor 4 systemen, waarover verder wordt gesproken, het mogelijk maken Brussel met Keulen te verbinden in 2 u 20, d.i. een tijdwinst van 40 minuten op de snelste dienstregelingen van de huidige treinverbindingen.

 Besluit.

Vanaf 18 mei zullen Oostende en Keulen verbonden zijn door de elektrische tractie.

Over enkele jaren, wanneer de thans aan de gang zijnde werken op het baanvak Namen-Luik voltooid zullen zijn, zullen Keulen en Parijs op dezelfde wijze verbonden zijn.

De werken waarover wij hier gesproken hebben, waren zwaar en vergden veel tijd, daar hun eigen moeilijkheden nog vergroot werden door het feit dat de exploitatie op deze druk bereden lijn nooit mocht worden onderbroken.

18 mei zal een belangrijke stap betekenen in de richting van de volledige elektrificatie van alle grote reiswegen die ons land doorkruisen.

De nieuwe perrons van Welkenraedt.

Bron: Het Spoor, mei 1966


[1In ons julinummer zal worden uitgelegd hoe, dank zij de centralisatie van de seinposten, een inrichting voor automatische afstandsbediening en de nieuwe nummering der treinen, men ertoe zal komen het vastleggen der reiswegen te automatiseren.